Pagina 4 van 25

Honorificabilitudinitatibus

Een bekend ‘hapaxlegomenon’, dat bovendien het langste woord uit Shakespeares oeuvre is, komt voor in Love’s Labour’s Lost: ‘Honorificabilitudinitatibus’, de datief meervoud van het Latijnse ‘honorificabilitudinitas’, het vermogen om eer op te strijken. Het is bovendien een van de zeldzame tongbrekers waarin klinkers en medeklinkers elkaar aflossen, en kan alleen uitgesproken worden door de acteur die de grapjas Costard vertolkt.

Hapaxlegomenon

Er zijn er woorden die het zelf zoeken door te overdrijven. Telkens als ik het solitaire ‘Hapaxlegomenon’ aan mijn deur hoor kloppen, roep ik: ‘Jij komt er niet in. Eigen schuld, dikke bult.’

 

 

Donnafugata

Iedereen kent de kapotgeciteerde passage uit De tijgerkat: ‘Als we willen dat alles blijft zoals het is, moet alles anders worden.’ Je zou Lewis Carroll een voorloper van de lampedusiaanse paradox kunnen noemen: ‘“Wat een langzaam land!” zei de Koningin. “Want hier moet je je benen uit je lijf rennen om op dezelfde plaats te blijven, snap je”.’

Kafka’s ploeg

Kafka’s paradoxen en contradicties vormen schijnbaar geen probleem meer als je beseft dat hij in een tussenwereld leeft. Vandaar dat je niet meer geïrriteerd bent als hij een gebeurtenis als een ‘plechtige onplechtigheid’ (‘feierliche Unfeierlichkeit’) omschrijft of als hij al in zijn tweede brief (28 9 1912) aan Felice Bauer schrijft dat hij eerst de onzekerheden in zich moet ophopen voor ze een kleine zekerheid worden. Acht jaar later klaagt hij in een van zijn brieven aan Milena Jesenská over ‘die zwei in mir’ en over de kwelling van ‘een ploeg’ die ‘door mijn slaap – en door mijn dag’ getrokken wordt. Maar hij is zelf de dag- en nachtploeg die aan weerszijden van de voor dammen opwerpt, en dat is voor een keer niet in tegenspraak met de tussenwereld waarin hij schijnbaar stilstaat, als een haas in de sneeuw. Wie anders dan Kafka kan ‘staan trappelen met totaal ongeschikte vleugels’? Alleen de tussenwereld is de zijne: ‘Ich war wie nicht von dieser Welt, aber auch von keiner andern.’

Lentz

Op de hoek van de Berlijnse Windscheid- en Leonhardtstraβe, op de Stuttgarter Platz, bevindt zich het studentenveteranencafé Lentz, waar geen achtenzestiger jonger dan zeventig is.

Diogenes

Iedereen kent het verhaal van Alexander en Diogenes. Alexander ontmoet Diogenes en vraagt hem of hij iets voor hem kan doen. ‘Ga uit mijn zon,’ zegt Diogenes.  Maar om de zon gaat het natuurlijk niet in dit verhaal. Het gaat erom dat Diogenes de blik van Alexander verwerpt, een oogopslag waar iedereen in Alexanders rijk Diogenes om benijdt, want ontelbaar zijn de mensen in de massa die niets liever wensen dan dat Alexander hen één keer op zou merken, en dat zijn blik één keer op hen zou rusten. Maar die onderscheiding interesseert Diogenes niet. Ze laat hem koud, die menselijke zon die hem met haar schaduw beschijnt.

« Oudere berichten Nieuwere berichten »

© 2024 Piet de Moor

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑