Auteur: Piet de Moor (Pagina 1 van 15)

Een sociaaldemocratische drakendoder voor de kleuterklas

De Duitse bondskanselier Olaf Scholz gedraagt zich alsof hij aan het hoofd staat van een kleuterklas. Aan de kinderen, die buiten de deur een vuurspuwende draak horen snuiven, speldt hij een sprookje op de mouw: ‘Niet bang zijn, lieve kinderen, kom, laat ik jullie handjes binden met mijn rode lintjes en lijntjes, dan eet het monster ons niet op.’

Wuppke, of tegen de nostalgie

Bij Wuppke in de Schlüterstraße. Behalve de man achter de toog is er niets veranderd in die kroeg, waar ik vijftig jaar geleden mijn eerste Kopfstoß ‘dronk’. De lambrisering in de achterkamer is nog even bruin als toen. Stamgasten van een halve eeuw geleden zijn er nog, maar niet meer zo talrijk. Tegen de vrouw die opdient vertel ik dat ik al in 1973 een vaste klant was, een tijd waarin je de autosnelweg leeggeveegd kon zien, wat straffer is dan dieren die nog kunnen spreken. Ze vertrouwt me toe dat de toekomst van Wuppke onzeker is. Die Kopfstoß had ze me niet moeten geven. Als Wuppke dichtgaat, blijft alleen Leydicke in de Mansteinstraße over, waar ik destijds ook niet weg was te slaan. De Ruine op de Winterfeldtplatz, waar je als jongmens werd aangesproken als ‘Hè Alter’, (nu begroeten de caissières bij Edeka me als ‘junger Mann’, maar ze beloven daarmee op te houden als ik een rollator heb) is sinds mensenheugenis gesloopt. Nee, nee, het Kuckucksei in de Barbarossastraße is er nog, de dode Rudi Dutschke hangt er met zijn portret, maar wat heeft een veteraan als ik in een ei te zoeken? Dutschke kreeg geen Kopfstoß, maar een kogel. Het is natuurlijk jammer om een kroeg die ons na aan het hart ligt te zien verdwijnen. Maar ik moet in mijn gejammer niet overdrijven. Er zijn mensen die niet lang genoeg leven om iets te zien vergaan.

Noah wendt de steven

Na negenendertig dagen begon Noah (nu de populairste jongensnaam in Duitsland) schik te krijgen in het voederen van zijn dieren. Zijn grootste zorg was dat de beesten zich niet tegelijk ontlastten, en dat zijn schip niet in zijn eigen zog van drek terugdreef, want aan boord was zelfs de zachtste stank al niet meer te harden. Zelfs de milieubewuste duiven brachten in plaats van een fris groen twijgje alleen maar de inhoud van hun darmen terug, en al van ver moesten ze uitkijken naar een droge landingsbaan. Als een concertmeester dirigeerde Noah met zijn stokje de stoelgang van de dieren, die van de olifanten plofte neer met een sonore bas en die der fijnbesnaarde muggen trilde aan het oppervlak van de regentonnen. Vergeleken met die troep was het neerkomen van de regen kinderspel, een zegen. En toen na honderdvijftig dagen de Ararat opdoemde wendde Noah snel de steven, want op het droge vermoedde hij alleen maar nattigheid.

Bij de gynaecoloog in Malmö

Ik dacht dat ik in een medisch trainingsprogramma voor aanstaande moeders was beland, wat me toch enigszins verbaasde voor een zaterdagse tv-avond op dat gevorderde uur. Maar het was geen zingende harpij die na het krabben op de verkeerde plek voor nader onderzoek in een gynaecologische stoel was gehesen, maar wel de Zweedse Loreen die voor haar optreden in het Songfestival zeker niet bij Ikea een van de pot gerukt ligmeubel in bruikleen had gekregen waarop ze met ongeknipte nagels lag te klauwen. Maar de Zwitser Nemo, tot in zijn naam een sympathieke kloon van de Duitser Klaus Nomi, heeft gewonnen met vlag en wimpel, in rok en broek, in broekrok. De code is gebroken, de beker ook, het vruchtwater is nog heel.

Onthoofding

Een lunette kan zowel de ring zijn die het cijferblad van een horloge omsluit als de ronding waarin de nek van de veroordeelde op het valmes van de guillotine wacht. Maar de mensheid heeft al zo lang op het einde der tijden gewacht dat ze zich maanziek en verstrooid verwijderd heeft van het schavot waar de tijd op zijn onthoofding wacht.

Cel 313

Als Josef K. in een cel gezeten had, dan zou die wellicht het nummer 313 hebben gedragen, een cijfer ‘dat je best kunt onthouden als drie mannetjes van opzij gezien: een gevangene die voorbijkomt met één bewaker voor en één achter zich.’ Dat dit niet is gebeurd is het gevolg van een misverstand: Nabokov publiceerde Doorzichtige dingen vijftig jaar na Het proces.

« Oudere berichten

© 2024 Piet de Moor

Thema gemaakt door Anders NorenBoven ↑