Berlijn was al lang in een burgerlijk Westen en een proletarisch Oosten verdeeld voor het een product van de Koude Oorlog werd. Nabokovs verhaal ‘Het onweer’ opent met de zin: ‘Op de hoek van een doorgaans doodgewone West-Berlijnse straat (an otherwise ordinary West Berlin street) werd ik, onder de kroon van een volop bloeiende linde, door een scherpe geur omhuld.’ Die vertelling dateert van 1924, lang voordat twee windstreken in Berlijn door de Muur werden genaast.