Als je je na een paar dagen weer eens op straat begeeft, moet je wel denken: alweer karnaval.
Auteur: Piet de Moor (Pagina 21 van 25)
Wie in de Englischer Garten op een bank gaat zitten, weze gewaarschuwd, vooral als de wandelaar door de politie op het bezit van een boek wordt betrapt. Volgens de Münchense politie is het immers verboden op een parkbank een boek te lezen. Daarop door de kritische media aangesproken gaf de woordvoerder van de politie een staaltje van zijn mensenkennis ten beste. De politiewoordvoerder verklaarde namelijk dat wie de menselijke psyche kent weet dat iedereen die met een boek gaat wandelen de intentie (‘Vorsatz’) heeft om langer op één en dezelfde plaats te vertoeven (‘zu verweilen’). En volgens de politie in München is het niet gewenst of toegestaan (‘nicht erwünscht’ en ‘nicht erlaubt’; de twee werkwoorden worden door elkaar gebruikt) een tijdlang op dezelfde plaats te ‘verweilen’. Wandelaars met een boek onder de arm worden er door de Münchense politie van verdacht met voorbedachten rade naar het park te gaan om zich daar op een bank, niet eens het daglicht schuwend, over te geven aan het lezen.
In de strijd tegen C. beveelt de Wit-Russische president Loekasjenka de bevolking aan met de tractor rond te rijden: ‘De velden genezen alles.’
Het komt te paard en gaat weg te voet.
Voor de zwarthandelaars in wc-papier: hopelijk is er een beerput in de hel.
Mijn lectuur: Decamerone (Boccaccio), ‘Het masker van de rode dood’ (Poe), De pest (Camus), ‘De Peloponnesische oorlog’ (Thucydides) enz. Thucydides beschrijft de symptomen en het verloop van de pest in Athene (in de zomer van 430 voor Christus) heel nauwkeurig en ook voor ons herkenbaar: ‘Als iemand van te voren ziek was, liep die kwaal steeds op die ziekte uit.’ Of: ‘Aanvankelijk waren de dokters, die de ziekte niet kenden, niet in staat haar te behandelen, maar zij stierven zelf het meest omdat zij het meest met de zieken in aanraking kwamen en geen andere menselijke kunst bracht enige baat.’ De luttele Atheners die van de pest herstellen verheugen zich: ‘Zij wisten wat het was en voelden zich zelf veilig; want voor de tweede maal greep de ziekte niemand aan, althans niet met dodelijke afloop. Zij werden door de anderen gelukgewenst en zelf in hun ogenblikkelijke vreugde koesterden zij de lichtvaardige hoop in de toekomst nooit meer aan een andere ziekte te zullen sterven.’ In zijn essays hangt Montaigne een luguber beeld op van de verschrikkingen van de pest die zijn streek in 1585 geselt. Hij vertelt hoe de mensen in hun zelf gedolven graf gaan liggen om er hun dood af te wachten. En net als Montaigne slaat ook Samuel Pepys in 1665 de schrik om het hart als de pest de bevolking van Londen (70.000 doden) en Engeland (nog eens 30.000) decimeert: ‘Met de huurkoets naar huis, wat almaar gevaarlijker wordt aangezien de pest zich almaar verder uitbreidt. Dan naar bed.’ (23 juni 1665).
Als we Gonzalo uit Shakespeares Tempest mogen geloven dan stevenen we in versneld tempo op de ideale samenleving af:
Ik zou mijn ideale staat inrichten
In omgekeerde zin. Geen vorm van handel
Zou ik er dulden. Geen autoriteit.
Scholen bestonden niet. Armoede, rijkdom
En dienstverband, taboe. Contracten, erfrecht,
Bezit van grond, bemesting, wijnteelt, niets.
Metaal, graan, wijn of olie – overbodig.
Geen arbeid – almaar vrije tijd voor ieder.
(Vertaling Gerrit Komrij).
Vanaf morgen moeten alle Moskovieten ouder dan 65 thuis blijven. De maatregel geldt niet voor president Vladimir Poetin. Hij is 67.
Dit jaar komt de lente niet voor de herfst.
In de strijd tegen Corona levert ook de Russische orthodoxe kerk haar bijdrage. De gelovigen mogen bij het “Ite, missa est” het kruis niet meer kussen. In plaats daarvan wordt ermee op hun hoofd getikt. Om na te gaan of er iets in zit?