Het is geen geheim dat de Duitse sociaaldemocratische fractie in de Bundestag zich van haar kanselier Olaf Scholz wil ontdoen. In feite hebben ze hem nooit gewild. Vijf jaar geleden zakte Scholz – de enige die zich daarover verbaasde – als kandidaat-voorzitter van de partij. Dat Scholz toch bondskanselier is geworden lag aan een samenloop van omstandigheden. Nu de SPD-volksvertegenwoordigers voelen dat Scholz hen naar de electorale afgrond voert, willen ze hem dumpen. De nieuwe SPD-voorman en ongekroonde koning heet Boris Pistorius, minister van Defensie. De sociaaldemocratische volksvertegenwoordigers zetten in op Pistorius, niet omdat ze zijn mening delen dat het Duitse leger ‘kriegstüchtig’ moet worden gemaakt, maar omdat hij bij de kiezers populair en dus de beste garantie voor het behoud van hun zetel is. Pistorius kan enthousiasmeren. Naast het koude strijkijzer dat Olaf Scholz is (de naam Scholz komt van Schulz of Schultheiß, leider van een dorpsgemeenschap), komt de doortastende Pistorius over als een kosmopolitische warme bakker. En dat is nu precies de hoop die de sociaaldemocraten aan de betekenis van Pistorius’ Latijnse naam verbinden: dat hij er iets beters dan Scholz van bakt.