Ik geloof dat ik mijn masker maar eens opzet. Ik wil geen mal figuur slaan bij de medemens.
Maand: april 2020 (Pagina 1 van 2)
– Eerwaarde vader, ik heb mijn vrouw vermoord.
– Goed, goed. Als je nu maar niet niest.
Al die voorschriften die ons bevelen fysiek afstand te houden grijpen ons naar de keel.
– Schatje, waar is mijn Stoffgesichtsschutzmaske?
– Geen idee, maar je Behelfs-Mund-Nasen-Maske hangt aan de kapstok.
– Dank je, toch altijd beter dan de Alltagsmaske.
Pedagogisch onderricht in tijden van cholera: Ursula von der Leyen, EU-commissievoorzitter, schrobt zich de handen, aangespoord door de Ode an die Freude, aan een wastafel in het Berlaymontgebouw. Gelukkig demonstreert Ursula geen andere hygiënische kneepjes in dat sanitair. Wie weet wat voor klanken we dan zouden moeten ondergaan.
De C-politici (andere zijn er niet meer) hebben voor ‘de situatie’ een nieuw begrip bedacht dat zich viraal verspreidt: ‘de nieuwe normaliteit’. Maar tot mijn onthutsing vind ik die newspeak-term, die ik cursiveer, ook terug in een artikel van de FAZ van gisteren, 20 april, over de opening van de Olympische Spelen in het naoorlogse Antwerpen, op de dag af honderd jaar geleden: ‘Die ganze Energie galt der Anpassung an die neue Normalität, also die veränderte geopolitische Realität.’
De dood weet zijn pappenheimers goed te kiezen. Het virus explodeerde over Europa vanuit het Oostenrijkse Ischgl, waar Magere Hein, een heer met smaak, de dans leidde op een après-ski-party. Dante wist al dat de hel geen vuurpoel is, maar een dichtgevroren meer waarin Lucifer lurkt aan zijn Corona on the rocks. Nu pieker ik nog over een infernale contrapasso waaraan Dante zijn zegen zou kunnen geven: het dansen van het Zwanenmeer met waterskiën aan?
De daders konden snel worden gevat omdat ze geen masker droegen.
In Saksen wordt het dragen van een mondmasker haast overal verplicht. Maar in de wetenschap dat de AfD daar 25 procent haalt zou ik dat daar al uit eigen beweging doen.
– Dààr, dààr, haast je, roept I.
– Wat dan?
– Dààr, links, nog net boven de kruinen…
– Maar wat dan?
– Een vliegtuig! Dààr!